Efficiënt monitoren van de eikenprocessierups

Location Intelligence is op veel manieren in te zetten, zo ook voor het monitoren van de biodiversiteit. Door dit soort data in een GIS-omgeving op de kaart te visualiseren wordt het mogelijk om cijfers om te zetten in heldere data dat eenvoudig is te analyseren. Zo worden veranderingen en de effecten van verschillende maatregelen in één oogopslag duidelijk. Het is bijvoorbeeld mogelijk om de opmars van de Japanse duizendknoop, de nijlgans of de buxusmot in kaart te brengen. Zo ook voor de eikenprocessierups die afgelopen jaar veel in het nieuws voorkwam.

De eikenprocessierups (EPR) zorgt al sinds 1991 voor overlast. Jaar op jaar is deze overlast erger aan het worden. Dit kan mogelijk komen door klimaatverandering, want de eikenprocessierups houdt nou eenmaal van warm weer. En in 2019 is de bevolking van de EPR wederom explosief gegroeid met op sommige plekken drie keer meer rupsen dan in 2018.

De naam zegt het al maar de EPR is een rups die alleen in eiken leeft. Hoewel de rups geen probleem vormt voor de eikenbomen, vormt die wel een bedreiging voor de gezondheid van mens en dier. Het wordt daarom ook steeds belangrijker om grip te krijgen op deze situatie. Het overzicht en de aanpak verschilt per gemeente. Sommige gemeenten proberen de rups preventief te bestrijden, anderen door bomen te bespuiten. Maar om echt effectief zijn, is het noodzakelijk om eerst een goed beeld van de situatie te schetsen.

Het biedt namelijk voordeel om structureel de overlast van eikenprocessierups in kaart te brengen. De ontwikkeling en verspreiding van de rups en eventuele maatregelen worden dan zichtbaar duidelijk gemaakt. Dat gaat verder dan het puur bestrijden van de symptomen. Door actief op een kaart te monitoren en proberen te begrijpen welke processen waar hebben plaatsgevonden kan dat kansen geven voor de toekomst. Bert Jan Oude Nijhuis van AVRI heeft dit de afgelopen vier jaar gedaan. Zijn werk leidt tot interessante inzichten en geeft aanleiding voor een andere bestrijding van de EPR in de komende jaren. Met waarschijnlijk een grote kostenbesparing.

In 2016 is Bert Jan begonnen met het geografisch laten vastleggen van de EPR in de Neder-Betuwe. Door dit elk jaar gedurende vier jaar te doen, is nu goed te zien waar de EPR toeneemt. In een deel van de gemeente is gewerkt met een specifieke slak ter bestrijding van de EPR. Het effect van deze maatregel is nu inzichtelijk gemaakt op een kaart.

De GIS-omgeving wordt door Bert Jan gebruikt om zowel:

Het gaat niet alleen om het melden, het gaat erom hoe het volledige proces te automatiseren, om te kunnen signaleren, maatregelen te nemen en in een dashboard te zien wat die maatregelen hebben opgeleverd.

Op deze manier kan men een goed beeld vormen van de overlast en welke bestrijdingsmiddelen het beste werken. Dit zorgt ervoor dat de optimale methode gekozen wordt terwijl het ook voor de burger transparant is wat de werkelijke situatie is in hun eigen leefomgeving.

U kunt de ontwikkeling van de eikenprocessierups populatie in de Neder-Betuwe en de impact van de bestrijdingsmiddelen bekijken in deze kaart.

Volgend Artikel

GIS onmisbaar bij efficiënt samenwerken, maar het is en blijft mensenwerk

Lees dit artikel