Drie vragen over de Omgevingswet aan de Gemeente Haarlemmermeer
We spreken Marco Boogaard, Geo Informatie Specialist bij de gemeente Haarlemmermeer binnen het programma Omgevingswet. Hierin heeft hij onder andere een aanbesteding begeleid van Omgevingswet software en de implementatie van de software.
Wat is de status van de Omgevingswet bij de Gemeente Haarlemmermeer?
We zijn met aantal collega’s druk bezig met oefenen en opstellen van het Omgevingsplan. Hierbij zijn we veel aan het oefenen met het maken van werkingsgebieden. En daarnaast hebben we, in de geest van de omgevingswet, al een GIS viewer gemaakt waarin we met verschillende afdelingen kunnen samenwerken. Terwijl we wachten op de viewer van het DSO kunnen we op deze manier alvast oefenen met deze nieuwe manier van werken.
Welke waarde heeft de DSO viewer voor jullie?
Als wij nu informatie delen heeft iedereen zijn eigen viewer, een geluidsspecialist gebruikt bijvoorbeeld de viewer van het RIVM, een andere collega weer een andere viewer. Dit is heel erg versnippert. Daarom heb ik als experiment een GIS viewer gemaakt met allerlei lagen erin om één voor één verschillende vergunningscontroles af te lopen. Dit is nog niet volledig maar nu al heel waardevol. Dit kan bijvoorbeeld gebruikt gaan worden bij een ondernemersloket waar mensen naar bellen met vergunningsvragen. Zo kunnen ze bij het loket met een snelle check adviseren of het zin heeft om een vergunningsaanvraag in te dienen en waarmee de aanvrager eventueel mee moet houden.
De DSO viewer gaat waarschijnlijk uiteindelijk gedeeltelijk ook in deze behoefte voorzien. Maar ik verwacht dat ze niet alle lagen kunnen meenemen die bij ons intern relevant zijn. Zo zijn bijvoorbeeld voor ons de zones van het Luchthaven indelingsbesluit rondom Schiphol heel belangrijk. Daarom zullen wij ook een viewer gaan maken om naast het DSO te gebruiken.
Welke uitdagingen liggen er nog?
Ik zie twee grote uitdagingen rondom geo-informatie en de Omgevingswet. Ten eerste om juridische collega’s te leren ‘object gericht’ te schrijven. In de Omgevingswet is het zeer wenselijk dat alle regels verwijzen naar een locatie, een geometrisch object. In het DSO moeten we immers kunnen inzien waar welke regels gelden. Maar hoe koppel je een regel correct aan een gebied? De categorie ‘bebouwd gebied’ beslaat bijvoorbeeld verschillende regels in verschillende contexten. Je hebt ‘bebouwd gebied’ in het kader van wegen, in het kader van bebouwing en in het kader van het bosgebied. Het vraagt een andere manier van regels schrijven om je daar bewust van te zijn en ervoor te zorgen dat de regel correct aan het juiste werkingsgebied wordt gekoppeld.
Daarnaast wordt het beheer van de werkingsgebieden ook nog een uitdaging. Stel er zijn 1000 regels, heb je straks dan ook 1000 werkingsgebieden? En wie en hoe worden de werkingsgebieden aangepast bij wijziging van het Omgevingsplan of de Omgevingsvisie. passen als dat nodig is? Daar moeten nog verschillende keuzes in worden gemaakt.